In het stroomgebied van de Zambezi komen twee soorten zwijnen voor: het wrattenzwijn (Eng. warthog) en het penseelzwijn (Eng. bush pig).
Wrattenzwijn
Het wrattenzwijn komt zeer algemeen voor in de savannegebieden van Afrika. Zeker de mannelijke exemplaren herken je gemakkelijk aan de wratten op hun kop en de slagtanden (zie foto 2). Maar we zien ook exemplaren die er heel wat vriendelijker uitzien met witte bakkebaarden aan de snuit (foto 1), misschien jongere exemplaren?
Het eetgedrag is wat wij van varkens gewend zijn: wortels, gras en soms vruchten. Omdat hun voorpoten relatief lang zijn, moeten ze knielen als ze met hun snuit wortels willen uitgraven (foto 3). Al dat gewroet is overigens erg goed voor het los houden van de bosbodem.
Bij gevaar steekt een wrattenzwijn de staart kaarsrecht omhoog en zet het op een holletje. Dankzij de staarten hebben de dieren geen moeite elkaar te volgen in het hoge gras! Wij kunnen dit vermakelijke schouwspel een paar maal waarnemen.
Penseelzwijn
Het penseelzwijn heeft uiterlijk wel wat weg van het wrattenzwijn, maar we zijn er zeker van deze soort niet gezien te hebben. Daarvoor is het voldoende te letten op de staart: het penseelzwijn houdt bij het vluchten de staart juist omlaag. Ook is het een nachtdier en blijft het altijd in de beschutting van dichte begroeiing.